We zitten aan de eettafel midden in de kamer. Er zijn Tsjechische broodjes met ei en slagroomtaartjes. ‘Eet, eet!’ Aan de muur hangen schilderijen van overleden familieleden. We spreken ons beste Duits, moeder, dochter en ik, dat van mij wat roestiger dan ik had gehoopt.
Ons contact was ontstaan via de Franse connectie tussen mijn ouders en Vera en haar man Ko. Al in de herfst vertelde mijn moeder dat er in Tsjechië een dame van 91 was die graag haar verhaal wilde vertellen. Zo komt het dat ik op een druilerige vrijdagmiddag in juni op bezoek mag bij een van de oudste inwoner van Nové Město nad Metují, een schattig kasteelstadje in het Noordoosten van Tsjechië. De dag erna mag ze op het gemeentehuis haar 92e jaar vieren. Een statige, trotse vrouw. Goed bij de pinken en in haar nopjes over mijn bezoek. Ze mag vertellen!
Het leven van de oude dame kende een begin vol welvaart: als dochter van een fabrikant in landbouwmachines woonde ze in de jaren 2o en ‘3o in een mooie villa. Ging naar school. Zwemmen met vriendinnen. Mooie kleren, goed te eten. De werknemers van de fabriek waren er vaak, hun gezinnen hoorden er bij. Haar vader was wel de fabrikant, de baas, geen uitbuiter. Herinneringen vol geluk.
Maar nog voor ze haar studie had afgerond was het oorlog, bezetting en daarna het communisme. De fabriek werd onteigend. Haar vader, die zo goed voor zijn werknemers had gezorgd, werd met zijn hele gezin uit het eigenhandig gebouwde huis gezet. Smekend moest ze de deuren langs, op zoek naar een kamer voor het gezin. Een dak boven het hoofd. ‘Iedereen een huis!’, dat gold niet voor de plutocraten, de kapitalisten, de uitbuiters van weleer.
De fabrikantendochter, inmiddels getrouwd en een dochter, moest gaan werken in de conservenfabriek van Nové Město. Gepest, uitgejouwd, de slechte baantjes. Ze moest haar plaats kennen. En ze had zoveel in haar mars! Ze had willen reizen en voor haar vader willen werken. Zoveel ambitie. Nu was de ‘dochter van de fabriekseigenaar’ niet langer haar geluk. Het scheldwoord achtervolgde haar tot na de val van de muur.
Zodra het kon besloot ze Duits te leren. Daar kon ze nog iets aan hebben. En zo geschiedde: op latere leeftijd mocht ze als tolk werken voor de gemeente. Geen volle baan, maar voor erbij. Zo kwam ze nog eens ergens, tijdens een uitwisseling bijvoorbeeld. Ook het contact met Vera en Ko werd zo vergemakkelijkt. Een belangrijke vriendschap, dat benadrukken moeder en dochter veelvuldig. De gastvrijheid en gulheid van het Nederlandse echtpaar. Dat bij andere Nederlanders de koektrommel meteen weer dicht de kast in verdween, dat vinden ze nog steeds raar. Daar zou moeder nog wel eens iets aan willen doen. Maar de kleren die ze dragen? Via Vera, uit Nederland. Zeer trots zijn ze er op, want kleren kopen in Nové Město is geen optie. Veel te duur. Maar dat hoeft ook niet, de kast hangt nog vol.
Jana en haar man, beiden boven de 60, wonen net buiten het stadje. Een huisje, een moestuin. De kleren uit Holland, en een paar honderd euro staatspensioen en wat groenten uit eigen tuin: daar leven zij en moeder van. De herverdeling van eigendom na de val van de muur was voor de oude dame een grote teleurstelling. De villa uit haar jeugd was vervallen, het eigendom werd opgedeeld. Er waren meer mensen geweest die vonden dat ze er recht op hadden. In haar stem klinkt nog steeds een felle boosheid. Gelukkig had ze in de loop van de tijd een mooi appartement kunnen bemachtigen, midden in de stad. Niet dat ze nog buiten komt met haar hartproblemen, maar toch.
Als ik vraag wat haar geheim van ouder worden is moet ze lachen. Ze heeft geen idee. Ze heeft lang onder veel stress geleefd. En boos is ze ook lang geweest. Haar man is al lang overleden.
Maar dankbaar is ze ook, voor de kleine dingen. En bezoek uit Nederland! Zomaar op een druilerige vrijdagmiddag. Nog een broodje dan? Ahhh toe! ‘Eet, eet!’
Ontroerend! Wat een trots en veerkracht straalt die vrouw uit en dat na zo veel teleurstellingen. Je hebt in een kort bestek een indrukwekkend leven beschreven. Sjapoo!
Wat een goed tijdsbeeld. Laat het een les zijn. In mijn schoolagenda van 1940 stond een foto van een oorlogsmonument met de tekst ‘it shall not be again’ maar zo te zien zijn we alweer op de verkeerde weg. Waarom worden lessen nooit geleerd? Wout
Ergens is het best opbeurend, dat er geen geheim van ouder worden is. Mooi weer meessie.
Mooi herkenbaar beeld. Oa mbt mijn ‘eigen’ Russische oma. Daar logeerde ik jarenlang een paar keer per week en al die dagen moest ik aanhoren ‘Eet, eet!’. De irritaties die we onderling hadden zaten met name hierop: dat ik niet steeds alles wilde eten…
Lieve Mees, eindelijk heb ik de tijd genomen om je blog te lezen, alles achter elkaar! Eerder ontbrak de rust daarvoor een beetje. Wat schrijf je toch fijn. Heerlijk om op deze manier met je mee te zijn op reis. In gedachten ook Europa door. En dit laatste ‘stukkie’ is zo ontroerend, echt heel mooi. Wat fijn dat je zoveel bijzondere mensen ontmoet. Dat zegt natuurlijk ook iets over jou. :) Ik wens je nog een fantastische tijd, en nog vele mooie ontmoetingen. En ik kijk nu al uit naar het volgende stuk. Liefs!